De familie Hamming uit Groningen heeft een mooie geschiedenis met bijzondere verhalen. Het verzamelen van gegevens gaat altijd samen met anderen daarom veel dank aan Bart Hamming, Corrie Hamming en haar ouders Pieter en Trijntje Hamming,  Willem Kleijn, Ben Mulder, Fokko Leutscher, Cor Enter, Hans Homan en mijn vaste medeonderzoekers mijn vader Adriaan en mijn zus Tina. De contacten waren en zijn warm, waarvoor nogmaals mijn dank.

Mijn stamboom Hamming die zijn oorsprong vindt in Groningen en een klein deel van onze Wiersema en Huijbers roots van Sint Eustatius zijn zeker niet compleet maar het vele wat er staat is terdege uitgezocht. Het gepubliceerde vraagt nog om enige verfraaiing en aanvullingen zijn welkom. 

Samen met mijn vader Adriaan Hamming heb ik van 1985 tot rond 2000 vele archieven bezocht en zijn we een stuk wijzer geworden over onze geschiedenis. Het waren en zijn bijzondere en gezellige dagen. Vanaf 2010 heb ik de draad weer opgepakt, mede doordat mijn zus Tina verder op zoek ging naar de donkere teint binnen de familie en de reden van het vertrek van onze tak vanuit Groningen naar Friesland en later Noord Holland, waardoor het contact met de Groningse familie werd verbroken.

Het uitzoeken van de stamboom bracht vele verrassingen met zich mee. In 1985 startte mijn zoektocht naar de familie. Het was de Teleac cursus Genealogie die mij trickerde om te beginnen. Samen met mijn vader Adriaan Hamming en nu mijn zus Tina ontdekten/ontdekken we bijzondere en leuke wetenswaardigheden…..

Eeuwenlang leefde en werkte de Hamming’s dichtbij elkaar in het Groninger land, de Ommelanden, maar door een huwelijk waar de familie zich niet in kon vinden, vertrok mijn tak naar Friesland en later Noord Holland en is het contact tussen beide takken verbroken. Het was daarom ook zo verrassend dat wij in contact kwamen met de Groningers en dat zij vaag van ons afwisten door de ‘verdwijning van het gouden horloge’ eigendom van Harm Hamming, gehuwd met Alberdina Heiting(h).

Het verhaal over het ‘gouden horloge’ is bijzonder. Mijn vader, Adriaan Hamming, heeft zijn opa Gerhardus Hamming niet gekend. Gerhardus stierf als zovelen in 1918, aan de Spaanse griep. ’s Morgens voelde hij zich niet geheel lekker maar fietste nog door Dronrijp en ’s avonds was hij dood, zo gaat het verhaal. De Spaanse griep was een beruchte griep-pandemie uit de jaren 1918-1919 en kostte wereldwijd naar schatting 20 tot 100 miljoen levens.

Zijn vader Harm Hamming, was een kleine statige man met in zijn vestzak HET horloge. Mijn vader herinnerde zich deze man wel, die altijd op het bewuste horloge keek wanneer hij op bezoek kwam. Een beeld dat hij altijd heeft onthouden maar wie hij exact was? Met enige regelmaat kwam deze man naar Aartswoud, gemeente Hoogwoud en bezocht zijn kleinzoon en naamgenoot. Na zijn overlijden erfde kleinzoon Harm zijn prachtige gereedschapskist.

Nu komt het bijzondere; iedere keer als wij contact kregen met de Groninger tak kwam de vraag: ‘Hebben jullie het gouden horloge?’. Deze vraag bleef me achtervolgen waarop ik besloot op zoek te gaan naar dit ‘zo waardevolle’ familiebezit. Na lang puzzelen kwam ik terecht bij de familie Tukker. De kleindochter van Harm,  Alberdien, had hem namelijk tijdens zijn laatste tijd verzorgd. Het horloge hing, volgens zeggen boven zijn bed.

Ik schreef een brief (de computer kwam net op en was nog aan weinigen besteed) aan de heer en mevrouw Tukker in Epe en kreeg ook netjes een briefje terug: het was in hun bezit maar men wenste geen contact. Ik liet het er niet bij zitten en schreef terug met de vraag of mijn vader misschien een keer op de foto mocht met het horloge omdat hij er zo’n warme herinnering aan had. Ook hierop een negatief antwoord.

Twee maanden later ging de telefoon, we konden komen op die en die dag en om zo laat en niet anders. Vol trots informeerde ik mijn vader. Op de bewuste dag vertrokken we naar Epe. Precies op de juiste tijd belden we aan bij de villa, gelegen in het bos. We werden zakelijk binnen gelaten en konden meteen doorlopen naar de werkkamer met daarin een prachtig bureau en vele foto’s van onze voorouders.

De man gaf ons een hand, we mochten gaan zitten in hele grote, antieke en prachtige stoelen. Hij opende een la, keek naar zijn hand waar het horloge in lag, stond op en gaf het aan mij en knikte. Op datzelfde moment wenste hij ons een prettige dag en we konden door de tuindeur de werkkamer verlaten. En daar stonden we buiten MET HET horloge. Mijn vader heeft het tot en met zijn dood bij zich gedragen. En was het horloge van goud? Nee, misschien dat er vroeger een heel dun laagje op heeft gezeten. Maar toch, het horloge is voor ons goud waard.

De naam Hamming werd en wordt in mijn stamboom verschillend geschreven: Hamming, Hammingh en Hamminck.

‘Ing’ betekent hoogstwaarschijnlijk ‘zoon van’, onder de Groningse voornamen Hammo, Hommo of Hemmo (deze komen nog steeds voor)

Foto’s van het steentje dat ingemetseld zat in het woonhuis van Harm Hamming en Albertina Heiting, in de Grote Kruisstraat 12 Groningen.

Het steentje in het huis aan de Grote Kruistraat 12 in Groningen. Dit steentje heb ik gekregen van mijn achterneef Bart Hamming. Hij was werkzaam bij de krant en hoorde dat het huis zou worden gesloopt. In overleg met de sloper is het in bezit van Bart gekomen en staat nu bij mij op een antiek kastje met meer historische stukken.
Mijn ouders, Adriaan Hamming en Jannetje Hamming-Hegeman kijken naar het steentje in de muur. Het huis aan de Grote Kruisstraat 12 Groningen was een recht blok met achter het huis wat schuurtjes, waarschijnlijk ooit de boerderij van Harm Hamming en Alberdien Heiting.